Treurnis bij en om de corporatie

Geschreven door Wim van Geelen op 14 mei 2013

Corporaties zitten in de problemen. Soms zelf veroorzaakt, soms omdat het Kabinet populair gezegd, de pik op hen heeft. Voorbeeld? De inkomensafhankelijke huurverhoging. Het Kabinet vindt en dat niet helemaal ten onrechte, dat wie een hoog salaris heeft en een sociale huurwoning huurt voor zijn of haar huur meer moet betalen dan iemand die zijn of haar broek wat dat betreft niet kan ophouden.
Klinkt redelijk, maar de uitvoering van dit nobele voornemen is lastig. Niet voor een ambtenaar met een vast inkomen, maar wel voor iemand die in de ambulante handel zit. Diens inkomen fluctueert nogal. Bedoeling van deze nobele regeling was de corporaties financieel wat meer armslag te geven. Maar wat het Rijk met de ene hand geeft, wordt onmiddellijk met de andere hand teruggenomen. De meeropbrengst wordt namelijk afgeroomd. Niet helemaal, maar wel bijna.

Dat geld heeft het Rijk nodig om het overheidstekort te helpen terugdringen en om Vestia wat vlees op de botten te geven.

Zoals bekend kwam Vestia verleden jaar in grote problemen door derivatenhandel. De corporatie, 89.000 woningen omvattend, dreigde door een direct door de banken opeisbare schuld van 2 miljard failliet te gaan. Topman Staal verdween als de spreekwoordelijke dief in de nacht met een afkoopsom van 3 miljoen naar Bonaire. Treurnis alom. Vervolgens werd een reddingsoperatie op gang gebracht. Die hield in dat de collega corporaties € 700 miljoen moesten bijpassen. Geld dat dus niet besteed kan worden aan de sociale woningbouw. Treurnis bij de corporaties.

Koepelorganisatie Aedes hield onlangs een enquête onder haar leden en wat bleek? Veel corporaties kregen niet de voor de inkomensafhankelijke huurverhoging noodzakelijke gegevens van de Belastingdienst. Zij lopen dus per 1 juli huurinkomsten mis. Zij worden echter wel voor het volle pond aangeslagen. Wederom treurnis dus. Zeker twintig corporaties hebben het Rijk al aansprakelijk gesteld voor de tonnen die zij mis zullen lopen. “Onze” corporatie GroenWest hoort daar (nog?) niet bij.

Uit de Aedes enquête bleek nog iets opmerkelijks. Een derde deel van de corporaties laat de inkomensafhankelijke huurverhoging maar zitten. Een deel uit principiële overwegingen, een deel vanwege incorrecte gegevens.

Ook daar hoort GroenWest niet bij. Hoe staat het er in Woerden echter voor?

Treurig. Huurders gaan hier fors meer betalen. GroenWest gaat per 1 juli namelijk op het maximum zitten. De verhoging komt grofweg neer op 4% voor inkomens tot € 33.614, tot

€ 43.000 5.4% en daarboven 6.5%. Daar komt nog iets bij. De Donner-punten. Bekende kost? Weten we her nog?

Toenmalig minister Donner heeft in oktober 2011 het woningwaarderingsstelsel aangepast. Woningen in 140 gemeenten met woningnood hebben extra punten gekregen. De maximale huurprijs die voor deze woningen mag worden gevraagd is daardoor hoger geworden. Woningen in Woerden, een van die 140, hebben 15 punten extra gekregen. Maar dat is nog niet alles. Woningen waarvan de WOZ-waarde hoger is dan € 2.900 per m2 kregen daar nog eens 10 punten bovenop. 15 of 25 punten betekent een fors hogere maximale huurprijs. Het gaat dan om verschillen tussen de €73 en € 123 per maand.

Extra zuur is het als huurder dan om te vernemen dat twee gedwongen afzwaaiende directeuren van je corporatie een zak met geld hebben meegekregen van resp. € 208.458 en €118.273. Allemaal netjes volgens de regels, maar toch is het zuur. Toch is het treurig. En, zal de oplettende leer van deze column vragen: hoe zit het dan met directeur nummer drie?

Wel nu, deze “Dritte im Bunde” blijft tot datum pre-pensioen in dienst als adviseur. Tegen een hoger salaris, want uit het Jaarverslag blijkt dat hij adviseert voor 36 uur per week. Vier uur meer dan toen hij nog directeurbestuurder was. Tel uit je winst. Bij elkaar gaat het du om een slordige 4 ton. Geld dat niet direct ten goede komt aan de sociale huisvesting. Triest.

Maar er is nog wat. Uit datzelfde Jaarverslag blijkt dat de vergoeding van de leden van Raad van Commissarissen in één jaar met 100% is opgetrokken. Treurig, maar waar.

Waar is de tijd gebleven in Woerden toen een twintigtal vrijwilligers 4 corporaties bestuurden en beheerden. Het woningbezit was toen bijna even groot als nu, 3.800 om 4.600. De uitgaven voor bestur en beheer waren echter beduidend minder, want de vrijwilligers kregen een onkostenvergoeding die de duizend gulden ’s jaars niet oversteeg. Want vrijwilligerswerk. Naast veel inzet ook met veel professionaliteit. De sleutelposities waren namelijk in handen van mensen die in hun beroepsleven vaardigheden hadden opgedaan, die uitstekend te gebruiken waren in de corporatiewereld.

Alles heeft zijn prijs, maar is het besturen van een woningbouwcorporatie nu zo veel ingewikkelder dan in de jaren tachtig en negentig.


Deel dit artikel